Om zwanger te worden moet er een eicel bevrucht worden, dit gebeurt door de spermacellen van de man. Deze spermacellen moeten de eicel kunnen bereiken. Dat lukt ze lang niet allemaal. Maar een heel klein deel bereikt de eileiders en probeert daar in de eicel van de vrouw te komen. Als het een van de miljoenen spermacellen lukt om in de eicel te komen, is er sprake van een bevruchting (zwangerschap). De genen van man en vrouw worden met elkaar vermenigvuldigd. Hierna gaat de bevruchte cel zich innestelen in de baarmoederwand.
Als een man klaarkomt komen er gemiddeld zo’n 20 miljoen spermacellen in het lichaam van de vrouw terecht. Maar slechts een paar honderd van deze spermacellen bereikt het begin van de eileiders van de vrouw. Minder dan 100 levende zaadcellen komen daadwerkelijk in de buurt van de eicel, dit is dus erg weinig als je nagaat dat er bij een zaadlozing gemiddeld 20 miljoen spermacellen vrij komen.
Bij een eeneiige tweeling is de bevruchte eicel gesplitst in twee gelijke cellen die zich apart van elkaar gaan ontwikkelen. Eeneiige tweelingen zijn altijd identiek. Ze hebben namelijk dezelfde chromosomen en daardoor dezelfde kleur haar, ogen, zijn van het zelfde geslacht enzovoorts.
Bij een twee-eiige tweeling zijn er twee aparte eitjes bevrucht. Er is dan een dubbele eisprong geweest. Twee-eiige tweelingen zijn eigenlijk net als gewone broertjes en zusjes, ze kunnen veel op elkaar lijken maar soms ook totaal niet. Ook hebben ze dezelfde kans op gelijkenissen als gewone broertjes en zusjes.
Week 16: De foetus is in dit stadium ongeveer 15 centimeter lang en weegt gemiddeld 120 gram.
Week 17: Je baby komt vanaf week 17 vet aan tot de geboorte om zich aan te sterken
Week 18: Je kan in deze week of in de weken hierna een pret echo laten maken
Week 19: De vettige substantie vernix wordt aangemaakt
Week 20: cellen in de eirstokken of de testikels van je baby dalen in
Week 21: Zwangerschapsstriemen (striea) en je baby kan de hik krijgen